Maskerend beleid
02 april 2008
Langzamerhand dringt ook bij de Groninger politiek door dat we het dossier studentenhuisvesting nog niet in de vingers hebben. De buurten klagen steeds meer over overlast, Swaak kwam met zijn studentenwijk, de stedelijke ombudsman heeft zich erover uitgelaten en nu heeft ook collega Elco van der Wilt (D66) het flankerend beleid rond de afschaffing van de 9%-norm mislukt verklaard. Wie volgt, en: wat nu?
Het is interessant en ook openhartig dat de voorman van D66, dat in de recente opiniepeiling van het Dagblad van het Noorden nog werd weggezet als een studentenpartij, nu zo helder het failliet van de flankerende maatregelen constateert. En ja, inderdaad, het CDA heeft bij het afschaffen van de 9%-norm al aangegeven geen vertrouwen te hebben in het flankerend beleid.
Nu blijkt het vooral ‘maskerend beleid’ te zijn geweest, in de zin dat het de afschaffing van de 9%-norm politiek mogelijk maakte en de negatieve gevolgen ervan een tijdlang uit het zicht heeft gehouden. Maar de wal keert nu het schip: uit de noodkreten uit de verschillende wijken is zonneklaar geworden dat het zo niet werkt. “Een schaamlap” noemt Van der Wilt de nieuwste varianten van het oorspronkelijke flankerend beleid, waar zijn voorgangers naar mijn beste weten overigens niet tegen hebben gestemd.
“Zie je nou wel!” is makkelijk gezegd. Moeilijker is het om een uitweg te vinden uit dit dilemma. Ik ga volledig met Van der Wilt mee als hij zegt dat de nieuwste vormen van flankerend beleid (25%-straatnorm, 0 Db-norm) het probleem niet zullen oplossen. Een beetje dweilen helpt niet als de kraan openstaat, zelfs niet als je het water nauwelijks hoort lopen!
Van der Wilt pleit nu voor een combinatie van meer handhaven en meer bouwen. Ik heb me, naast het blijven investeren in een goede samenleving tussen studenten en overige wijkbewoners, al eerder vóór deze twee maatregelen uitgesproken. Maar laten we wel reëel blijven: de politie heeft geen tijd/capaciteit om in al deze gevallen handhavend op te treden en bouwen kost tijd, geld en ruimte. En al deze dingen zijn schaars.
In die situatie komt de optie van een stevige norm (ook al is het misschien een paardenmiddel) weer naar boven. In ieder geval is niks doen erger, dus laten we het er gewoon eens over hebben. Of staan we er nu soms beter voor dan vóór de afschaffing van de 9%-norm?
Bericht onder: Zonder categorie
1 reactie Voeg eigen reactie toe
1. Kate | 08 april 2008 om 23:38
Volgens mij denkt de politiek in hele verkeerde richtingen. Studenten zullen in onze stad, hoeveel flats er ook worden gebouwd, ook altijd nog tussen werkende bevolking wonen. Gewoon omdat het iedereen vrij staat een woning te kopen en die te verhuren. Een norm voor hoeveelheden studenten helpt misschien tegen een algemene verloedering, maar zelfs bij 9 % kan in gedeeltes van een wijk zorgen voor een prop van overlast, slecht onderhoud, brandgevaar en belemmering van stoepen voor invaliden door alle fietsen.
Misschien is een andere richting eens een optie. Stel een norm voor toegestane decibels in een woning. Schaf als gemeente een (voor particulieren te duur) apparaat aan om dat te meten. Stel dat beschikbaar bij gevallen waarvan al tientallen klachten bij meldpunt overlast liggen. Stel vanuit de gemeente een mediator aan, die eventueel met bijdrage van zowel overlastveroorzaker als degene die last daarvan heeft wordt betaald. Doe een meting, op aanwijzing van de gegevens van overlast (harde muziek, luid praten, contactgeluiden, etc.). Kijk of dat binnen de gestelde norm qua decibellen valt. Zo niet, laat de mediator met beide partijen afspraken maken over tijdstippen, mogelijke aanpassingen in de woning, toegestane geluidsniveau’s en aanpassingen in gedrag zoals schoenen uittrekken.
Vroeger was er bovendien een woonvergunning. Hoe zit dat met overlastveroorzakers? Mogen die gewoon tussen rustige bewoners wonen, die wegjagen met hun overlast?
Lijkt allemaal betuttelend en waarom zou de gemeente dat ondersteunen. In mijn geval: ik heb wel over dat soort maatregelen gedacht. Maar dat kost mij als particulier eigenaar duizenden euro’s, die ik niet heb. Dus de goedkopere weg voor mij is proberen te verkopen, waarschijnlijk aan een verhuurder aan studenten. Wat de overlast voor de rest van mijn woonomgeving alleen erger maakt. En als eigenaren van wijken met studenten dat allemaal doen, trekt de werkende bevolking en met hen het geld voor allerlei voorzieningen weg uit de stad. Dus ook een gemeentebelang, lijkt mij. En per slot van rekening betalen eigenaren het volle pond aan gemeentebelastingen, studenten niet.
Optie is ook dat we met gezamenlijke eigenaren in de stad een stichting starten die dit soort zaken particulier gaan regelen en dan maar via de rechter woongenot proberen te behouden. Maar of dat nou zo goed is voor het imago??
Plaats uw reactie
Trackback dit bericht | Voeg RSS link toe